10
z’n drieën op een paar balen gaan zitten. De matroos zit iets
hoger dan de twee jongens. Vol verwachting kijken ze naar
hemop. Uit z’nportefeuillehaalt de zeemaneenkleinboekje.
‘
Hier staat alles in,’ zegt hij dan. ‘Luister maar, dan zal ik je
’
t meeste wel zeggen. De lengte is, zoals ik je al gezegd heb,
882
1
/
2
voet. De breedte 94 voet en de hoogte 105
1
/
2
voet.’
De jongens zuchten ervan. Wat een afmetingen!
De bootsgezel gaat verder: ‘Het aantal passagiers dat mee
kan: 2500. Bemanning: 860. Dus dat is samen 3300 koppen
aan boord, 140 man bemanning kan er dan nog bij.’
‘
Mensen nog aan toe!’ zegt Walther. ‘Hoe bestaat het!’
‘
En dat allemaal op die ene boot?’ vraagt Billy.
De onderofficier glimlacht. ‘Ja, en raad eens wat de schroef
weegt...’
De jongens denken even na, maar ze weten eigenlijk niet wat
zemoetenantwoorden, zehebbennognooitgehoord,hoeveel
zo’n ding weegt.
‘
Drieduizendkilo,’ raadtWaltherenhiermeemeenthij alhoog
geschat te hebben.
De zeeman lacht weer. ‘Die schroef weegt 170.000 kilo.’ Hij
geniet van de verbazing van de jongens, die elkaar ongelovig
aankijken. Worden ze nu in de maling genomen, of...
‘’
t Is echt waar hoor,’ bevestigt de joviale zeeman. ‘En het roer
weegt 100.000 kilo,’ voegt hij eraan toe.
De jongens krijgen steeds meer ontzag voor de Titanic.
‘
Wacht, hier staat nog ietsmoois.Weet jehoeveel klinkbouten
er in het schip verwerkt zijn en hoe zwaar die samen wegen?’
‘
Dat kunnen we toch niet raden. Zegt u het maar.’
‘
Nou, vooruitdan.Opgelet: deTitanicwordt samengehouden
